Het Zuiderdiep heeft de grootste potentie om als aquathermie bron te dienen. Het
Zuiderdiep is echter Natura 2000 gebied. Werken in een Natura 2000 gebied is alleen
mogelijk als significant negatieve effecten op de doelstellingen van dat gebied op
voorhand uitgesloten kunnen worden.

Voor projecten of plannen waarvan redelijkerwijs vermoed kan worden dat deze, rekening
houdend met externe werking en gelet op de instandhoudingsdoelstellingen, negatieve
effecten kunnen hebben op Natura 2000 gebieden, dient in een oriënterende fase
onderzocht te worden of het voornemen significante negatieve effecten kan hebben.

Het onttrekken van warmte uit het oppervlaktewater leidt tot een (beperkte) afkoeling
van het oppervlaktewater. Dit kan een effect hebben op de ecologie in het waterlichaam.
De mogelijke effecten zijn beschreven in bijlage C van het onderzoeksrapport.

Bij Thermische Energie uit Oppervlaktewater (TEO) wordt warmte onttrokken uit het
oppervlaktewater. De temperatuur van het oppervlaktewater neemt daarom af. Op de
kwaliteit van het drinkwater zijn tot op heden geen effecten bekend.

Het verzilten heeft op de technische potentie nauwelijks tot geen effect. De filters en
warmtewisselaars bij de aquathermiebron moeten tegen zout kunnen. Dit is een
eigenschap waar in een verdiepende fase rekening mee gehouden moet worden.

Een warmtenet wordt in principe beheerd door een warmte exploitant. Over de manier
waarop een warmtenet ontwikkeld en beheerd wordt moet nog nader onderzoek gedaan
worden en zijn nog geen keuzes gemaakt.

In de nieuwe Warmtewet die op dit moment opgesteld wordt, lijkt het erop dat het
eigendom van warmte infrastructuur in het publieke domein komt. Meer duidelijkheid
over de rol van private en publieke partijen wordt in het najaar van 2022 verwacht.

Het uitgangspunt is dat water geleverd wordt op 70 C en op 55 C retour gaat. Deze
temperaturen horen bij een Midden Temperatuur (MT) warmtenet. De temperatuur wordt
gerealiseerd met een warmtepomp, die het water verwarmd tot de gewenste
temperatuur.

De elektriciteitsvraag voor scenario 1 bedraagt +/ 2.000 MWh/jaar. De elektriciteitsvraag
voor scenario 2 bedraagt +/ 3.500 MWh/jaar. Dit zijn inschattingen op basis van generieke uitgangspunten.

De hoeveelheid geluid die de installaties produceren hangt af van de intensiteit van
gebruik. Als uitgangspunt kan worden gehanteerd dat de installaties niet meer geluid
produceren dan een transformatorhuis (onderdeel van elektriciteitsnet).

In de studie is nog niet bepaald wat de realisatietermijn is. De verwachte realisatietermijn
voor een warmtenet voor de grootte van Stellendam bedraagt ongeveer 4 tot 5 jaar,
vanaf het moment dat er uitspraak gedaan wordt over het daadwerkelijk realiseren van
een warmtenet.

Het verduurzamen van de warmtevraag leidt tot een grotere elektriciteitsvraag voor
Stellendam. Om te kunnen voorzien in de grotere elektriciteitsvraag kan gebruik gemaakt
worden van lokale duurzame elektriciteitsvoorzieningen. In deze studie is daar geen
onderzoek naar gedaan.

Bent u eigenaar van een koopwoning en is deze woning uw hoofdverblijf of wordt deze uw
hoofdverblijf direct na renovatie? Dan kunt u gebruik maken van de Investeringssubsidie
duurzame energie en energiebesparing (ISDE). Dat kan met een investering in een
(hybride) warmtepomp, zonneboiler, een aansluiting op een warmtenet en met 5 typen
isolatiemaatregelen.